Artikel 2 William Cowper. deel 2

 

Artikel 2 William Cowper.

Vandaag gaan we verder waar we gebleven zijn met de artikelen serie over de oudvaderen. Waar we de artikelenreeks vervolgen over het leven van de dichter William Cowper. Vandaag staan we stil bij zijn leven en zijn strijdt tegen depressies.


William Cowper werd geboren in 1731 in de tijd dat de slavenhandel nog de kop op stak. Op vijfjarige leeftijd overleed zijn moeder. In zijn leven had hij veel last van depressies en meerdere malen zo erg dat hij verschillende pogingen heeft gedaan om zelfmoord te plegen. Gelukkig heeft de Heere hem daarvoor bewaard. In deze ongelukkige periode werd hij tevens smoorverliefd op zijn nicht Theodora Cowper. Maar de vader van Theodora stond een huwelijk tussen beide in de weg. Hij twijfelde aan Williams stabiliteit en ze waren te nauw aan elkaar verbonden. 
Na zijn poging tot zelfmoord werd hij liefdevol opgenomen in een gezin die hem met liefde bijstond en verzorgde. Na vier jaar overleed de vader van dat gezin en verhuisde het gezin naar Buckinghamshire. In deze plaats leerde hij de voormalig slavenhandelaar John Newton kennen. De man die zo bekend is geworden vanuit het prachtige lied ‘Amazing Grace’. Samen met Newton begon hij een liedboek te schrijven waarvan in deze tijd nog veel liederen gezongen worden. De werkdruk en de gestelde eisen vielen Cowper zo zwaar dat hij opnieuw in een depressie belande.

In 1773 verloofde William zich met Mary. Helaas is het nooit van een huwelijk gekomen. William voelde alsof God hem verstoten had en dat hij gedoemd was om te sterven. Maar Mary bleef bij hem om hem te verzorgen. Mede met de hulp van Mary kwam hij er weer boven op en in 1779 reisde hij naar Londen. Om daar te beginnen aan een groot werk van een aantal liederen en gedichten. Een groot deel is opgenomen in de ‘Poems by William Cowper’. Voordat dit album uitkwam raakte Mary bevriend met Lady Austen die William Cowper er op aandrong tot het schrijven van nieuwe gedichten en liederen. Wat werd uitgegeven onder de naam ‘ de task’. In deze gedichten beschreef hij als meditatie over de zegeningen van de natuur, het geloof, maar ook zijn strijdt en liederen over en tegen de slavernij.

Met Mary was hij wel dan nooit getrouwd. Maar toch heeft zij veel voor hem betekend en zijn ze goede vrienden gebleven. Zij overleed later in 1794. Dit was voor hem een groot verlies. In zijn verdriet schreef hij het bekende lied. ‘The Castaway’. Wat betekend de verdrevene of verstotene. Zijn leven werd getekend door hupeloosheid en verdriet. Maar in zijn leven mocht hij er toch van weten. De Heere blijft bij mij. ‘Ik weet dat mijn Verlosser leeft’. En zo mocht hij sterven, als een man met een gebroken hart. Gebroken van verdriet, maar gered door de Heere. Ja waar hij nu mag zijn om daar nooit meer te treuren maar om Hem groot te maken. En soms kunnen wij ons in moeilijke tijden vinden in de woorden van William. Zelfs de profeet Elia werd eens moedeloos toen hij bad onder de jenever boom. ‘Heere het is genoeg, neem mij toch weg’. Maar de Heere Zijn weg is zo heel anders en zo rijk omdat hij het beste heeft voor ons en voor Zijn koninkrijk. Zo bevestigde de Heere Elias roeping en een engel kwam om hem te versterken. ‘sta op en eet , de weg zou voor u te veel zijn.’ Ja de loopbaan lopen achter de Heere aan. Want wie met Hem strijden zullen met Hem overwinnen en beërven het eeuwig koninkrijk. Om daar bij de Heere te wezen. Om Hem daar groot te maken. De vogels zingen daar nu al buiten van tot Gods eer.

 

‘Gij toch, Gij zijt hun roem, de kracht van hunne kracht;
Uw vrije gunst alleen wordt d' ere toegebracht;
Wij steken 't hoofd omhoog en zullen d' eerkroon dragen
Door U, door U alleen, om 't eeuwig welbehagen,
Want God is ons ten schild in 't strijdperk van dit leven,
En onze Koning is van Isrels God gegeven.’

En zo mogen die woorden van William Cowper ons bij blijven in de vele gedichten die hij schreef. ‘Hij zelf spreekt het verlossend woord. En plaats zijn werk in hét licht.’ Dat we op Gods barmhartigheid mogen vertrouwen. William wist daarvan. Ook al begrijpen we soms zo weinig van Gods plannen in ons leven. Psalm 37 zegt vertrouw op Hem en de uitkomst zal niet falen. “en Al treden z' op geen weg, bezaaid met rozen, Zij wachten 't heil, door God hun toegezeid. Hij kent hun tijd; zij zien, in spijt der bozen, Hun erfenis bewaard in eeuwigheid.” De erfenis staat vast en daarom in de voetstappen van Christus. Ja dat betekend ook door heuvels en door dalen. De Heere heeft nooit een kalme reis beloofd maar wel een behouden aankomst. En daar wacht de Heere ons op. Moe gestreden en aangevallen door de duivel. Nee zonder kledingscheuren komen we niet bij de hemel aan. De duivel grijpt ons en menig maal heeft hij ons bijna in zijn greep. ‘Maar d’ ogen houd mij stil gemoed. Voorwaarts om op God te letten. Hij die trouw is zal mijn voet. Voeren uit de boze netten’. En mogen wij dan in deze strijd op aarde onze voetstappen in de Zijne drukken. Wat is je diepste verlangen vroeg ook een dominee eens aan een bekeerde Jodin. ‘Dominee dat ik het Lam mag kennen en mag volgen waar het ook heen gaat.’ Is dat ook uw troost? Amen.