Prekenserie Liefde deel 8: liefde van de bruid en bruidegom- verbonden in de liefde deel 1

Prekenserie liefde deel 8 thema: bruid en bruidegom verbonden in de liefde deel 1 ( huwelijk tussen man en vrouw)

 

Hooglied 8

Tekst Hooglied 8 vers 6-7a: zet mij als een zegel op Uw hart, als een zegel op Uw arm; want de liefde is sterk als de dood; de ijver is hard als het graf; haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des Heeren. Vele wateren zouden deze liefde niet kunnen uitblussen; ja, de rivieren zouden ze niet verdrinken;

 

1.Liefde als kostbaar geschenk van God gekregen.

2.Liefde in voor én tegenspoed.

3.Liefde tussen man en vrouw in den Heere. ( het drievoudige-snoer)

 

 

1.Liefde als kostbaar geschenk van God gekregen.

Gemeente het was moeilijk om een tekst te kiezen voor dit thema. Liefde tussen man en vrouw. Het boekje ‘Hooglied’ sprak mij meerdere malen aan en mocht ik geleid worden naar deze tekst. ‘Zet mij als een zegel op Uw hart, als een zegel op Uw arm’. Een prachtige tekst met een diepe inhoud. We zijn tot op heden de zo echte betekenis van de ware liefde steeds verder kwijt geraakt in onze maatschappij. Als ik op beelden zie dat sommige mensen zonder enige schroom praten alsof hun vrouw of man een object voor hen is geworden. Bij veel mensen vandaag de dag gaat het niet meer alleen om de liefde, maar om de seks. En gemeente dan kan zo’n relatie ook nooit stand houden! Als het alleen maar ligt in het seks hebben met elkaar zonder enige liefde. Hoe lang hou je dat vol? Misschien maanden, wat jaren, maar na verloop van tijd ga je je aan elkaar ergeren en irriteren. Je gaat steeds meer afstand van elkaar voelen. Wat is een waar leven in de liefde? En hoe zit dat in deze tijd? Daar hoop ik met u met de hulp van de Heere en in de verlichting van de Heilige Geest bij stil te staan.

Liefde gegeven als kostbaar geschenk tussen man en vrouw. Misschien dat er onder ons mensen zijn die moeite hebben met hun seksuele gevoelens vanwege hun geaardheid als homo of lesbi. Ik hoop daar straks nog even op terug te komen. Maar eerst God schiep in het paradijs man en vrouw. Eerst schiep Hij Adam, en uit Adam nam Hij een rip weg waaruit Hij Eva mee schiep. Wat wonderlijk trouwens als we dat lezen in Genesis 2. Dat de Heere Eva schiep uit een rip van Adam. Wat een macht van de Heere, van onze Schepper. Hij schiep een vrouw voor Adam, zodat Hij niet alleen op aarde behoefde te zijn als mens, maar het diepste geluk met zijn vrouw Eva mocht ervaren. Wat had God dat zo mooi geschapen, man en vrouw. Zo heel verschillend van lichaam en karakter en toch precies voor elkaar bestemd. Precies op elkaar afgestemd zouden we vandaag de dag zeggen, voor elkaar gemaakt. Zij mochten genieten van de schepping, van de ware liefde tussen man en vrouw zoals God die bedoeld had in de schepping. Maar door de zondeval werd het zo geheel anders, die liefde werd niet meer iets als vanzelf sprekend! We merken dat al op nadat Adam en Eva uit het paradijs zijn gestuurd nadat zij van de verboden vrucht gegeten hadden. ‘In smart zult gij kinderen baren’. En later zien we tussen een van hun kinderen zo’n haat ontstaan naar het andere kind. De geschiedenis van Kaïn en Abel. Waar we nu niet verder bij stil gaan staan, maar daarin zien we al dat de liefde is veranderd, in dit geval voor Kaïn tot haat.

En wat is er over van dit kostbare geschenk van God in deze maatschappij? Ik hoef eigenlijk geen eens denk ik het rijtje op te noemen, omdat we het zien in ons dagelijks leven. Bij de mensen om ons heen, in de besluiten die er worden genomen door de regering. Waar ik met name in dit thema doel op de abortussen die worden toegestaan. Steeds meer abortussen worden er elk jaar gepleegd en als je je als christen daarover uitspreekt krijg je een frontale aanval van een grote groep mensen op je af. Deze week is het de week van het leven. De mars voor het leven wordt weer gehouden. Laten we ook bidden deze week in het bijzonder voor het wereldgebeuren omtrent het besluit van toegestane abortussen, euthanasie en de discussie voor een voltooid leven. Ons land wat het geschenk van het leven niet meer waardig acht. Je moet zelf over alles kunnen beslissen is de tijdgeest! Hoe ver zal het nog gaan in de toekomst, hoever zullen wij nog verder van de Heere en in het onderhouden van Zijn geboden afraken? Kostbaar geschenk. Om duidelijk te maken wat dit geschenk ten diepste inhoud en wat een vreugde er is in de liefde tussen man en vrouw, zoals deze bedoelt is kunnen wij niets beter gaan dan naar het boek der liefde. Het boek Hooglied. Er is veel met dit boek geworsteld in de kerkgeschiedenis. Mag dit boek en kan dit boek wel in de Bijbel staan? Er wordt immers niet één maal gesproken over God. En er staat ook veel erotiek in… En toch is het goed dat dit boek in de Bijbel staat. Het leert ons dat God – die zelf liefde is – het zijn schepselen gunt om voluit en op de beste manier van de liefde te genieten: met heel je lichaam, met je gevoel, met je emotie, met je woorden, gedachten en seksualiteit.

 

Het boek der liederen, het lied der liederen, ja het lied der liefde. Wat een woorden gebruikt Salomo om deze liefde te omschrijven. In Hooglied 2 spreekt hij over ‘mijn duive’, of ‘als een ree op de bergen van Bether’, in Hooglied 5 ‘als blank en rood, de banier boven tienduizend’ en hier in Hooglied 8 spreekt Salomo over de verbinding van de liefde tussen man en vrouw. Het eigendom te worden van je man of vrouw in positieve zin. Wat hij beduid in ons tekst vers: “Zet mij als een zegel op Uw hart, als een zegel op Uw arm; want de liefde is sterk als de dood; de ijver is hard als het graf; haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des Heeren.”

Laten we de tekst is van nader bij bezien. ‘Zet mij als een zegel op Uw hart, als een zegel op Uw arm’. Vroeger in de tijd van de Bijbel en ook nog wel in de tijd van reformatie droeg men een zegelring. Elke zegelring was anders. Een zegelring drukte in die tijd uit iets van de identiteit van de persoon. Dit ben ik. In deze tijd kan je het vergelijken met een handtekening of je pincode. Het is uniek, het is jouw eigendomsbewijs. Aan die handtekening kunnen mensen je herkennen. Het is het bewijs dat jij Gerda heet, dat jij Piet heet en dat jij werkelijk Anne bent. En voor je eigendomsbewijs zorg je immers goed voor. Je zal je paspoort of je pincode maar kwijt raken! Wat een ramp! Mensen kunnen gaan frauderen met je handtekening/paspoort of ineens bij je bankrekening. Nee je zorgt ervoor dat je niet je paspoort kwijt raakt. Je draagt hem op een plek waar niemand bij kan. Zoals je in gebieden waar nogal gestolen wordt je portemonnee of je eigendomsbewijzen dicht tegen je aandraagt, vaak onder je kleding zodat niemand erbij kan. Je bewaart het en je zorgt er goed voor. Maar ook als tweede ben je enigszins trots op je eigendomsbewijs. Dit is wie ik ben, dit drukt mijn persoon uit. zoals de zegelring, die je ook om je vinger kan dragen, als bewijs wij zijn van elkaar. Ik wil de jouw zijn en jij de mijne. ‘Mag ik een deel van jouw zijn en jij een deel van mij’?  Zo intiem vraagt hier de bruid zet mij als een zegel op uw hart, als een zegel op uw arm. Bewaar me dicht tegen je aan, druk me tegen je hart, dicht tegen jouw aan, raak mij niet kwijt. De taal van de bruid; ‘Mijn liefste is mijn en ik ben de zijne. Zoals God het heeft bedoelt in het paradijs. ‘Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn.’ Een geheel, een eenheid, en ware liefde laat zich ook zo drijven dat iedereen het mag zien. Zij/ hij is mijn liefste. Met hem of haar wil ik het leven verder. Die ring is als het bewijs van de liefde dat je van elkaar houd.

 

Door middel van die trouw ring, die je eens gegeven hebt als teken van eeuwige trouw. Ieder mag het zien, die ring pronkt om je vinger. Zij is mijn ware en zij is mijn echte. Ja hij is mijn ware en hij is mijn echte. Dat laat je door je daden blijken, je houd elkaar vast, je omhelst elkaar, je bemint elkaar, je kust elkaar als teken van het diepe geluk en ware liefde. En straks horen we in onze tweede gedachte dat echte liefde ook door voor en tegenspoed gaat en dat ware liefde alleen ook echt stand houd als je Hem de Heere mag vrezen. Een drievoudig snoer wordt niet haast verbroken. Daarom is het ook van node dat wij dag aan dag in het huwelijk als man en vrouw samen lezen uit de Bijbel, samen bidden en ook samen kunnen praten over deze onderwerpen.

Het blijkt ook uit onderzoeken dat christelijke mensen elkaar anders zien als onchristelijke mensen in het huwelijk. Daar bedoel ik mee ook de wrijving die er soms helaas ook tussen elkaar zijn kan. Je ziet bij name dat mensen die God niet kennen zich zo mateloos kunnen en blijven irriteren aan elkaar en boos blijven, maar bij christelijke mensen dat ze vergevensgezinds zijn naar elkaar en ook de weg zoeken met de Heere tot de beste oplossing. Dat is niets waar wij met de borst op vooruit moeten lopen, nee want dit is o zo belangrijk en het gebeurd nog o zo weinig dat we elkaar toch blijven respecteren en normaal behandelen ook in het huwelijk. Natuurlijk zijn er voorbeelden van extremen uitzonderlijke omstandigheden waaruit het soms echt uit de hand kan lopen, daar hebben we het nu niet over. Maar we hebben het over dat we ook als het tegen kan zitten in het huwelijk dat we samen op die knieën gaan, ‘Heere breng ons weer dichter naar elkaar’

 

Laten we onze tekst eens verder bekijken. ‘Want de liefde is sterk als de dood; de ijver is hard als het graf; haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des Heeren.’ Wat bedoelt Salomo hier mee? Het klinkt misschien een beetje raar in de oren. Liefde sterk als de dood?  Liefde valt toch niet te vergelijken met de dood? Salomo vergelijkt in dit opzicht de liefde wat zo sterk is dat je er nimmer van af zult raken. Je raakt het niet meer kwijt. Denk eens aan toen je net ging trouwen of verkering kreeg. Je verlangde zo intens naar de ander. Je kon die ander niet meer uit je hoofd zetten, je was zo verliefd op hem of haar. En in dit opzicht maakt Salomo de vergelijking met de dood. Zoals de dood je niet uit zijn greep laat, zo laat de ware liefde je ook niet uit zijn greep. Je bent helemaal gehecht aan die persoon, je bent van hem of haar gaan houden. Heel krachtig zien we terug wat we in de vorige preek als stof behandelden uit Romeinen 5 en 8. Met name in Romeinen 8 wordt er gesproken van ‘Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus?’ Daar komen we in het volgende deel nader bij terug. Als we stil staan bij de bruid, Zijn kinderen op aarde en de Bruidegom Jezus Christus en de bruiloft. Maar zoals we in Romeinen 8 lezen dat als we de Heere mogen kennen en mogen lief hebben. Niets kan ons scheiden van Zijn liefde. Geen verdrukking, vervolging, nee zelfs de duivel niet. Zo is het ook in de liefde tussen man en vrouw, ook al gaat deze vergelijking een beetje mank. De diepe betekenis dat niets je kan weerhouden om van je man of vrouw te houden. Wat je ook overkomt, wat je ook meemaakt in je huwelijksleven, je blijft van elkaar houden. En wat mag het dan een echt gezegend huwelijk zijn als je beiden de Heere mag kennen en Hem mag liefhebben en zo samen Hem dag aan dag te verwachten en Zijn wederkomst tegemoet te zien.

Wat een kostbaar geschenk gemeente. En toch misschien herkent u het wel dat het zo broos is en dat zo ineens zo stuk kan gaan. Er vond wat plaats en de liefde naar elkaar ging stuk en werd vertrapt. ‘Haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des Heeren.’ De liefde kan zo mooi lijken in het begin. Zo’n prachtig en mooi vuurtje. Warm van binnen, zo diep aan elkaar verbonden. Maar die vlam die in het begin zo groot was, wat kan die vlam soms ook een gevaar worden. Als de vlam der liefde dooft, als er problemen komen of als de vlam overslaat in een o zo grote en vernietigende brand! Het leven is niet alleen maar roze kleur en maneschijn, maar een leven van voor en tegenspoed. Zoveel huwelijken stranden vandaag de dag, denk alleen maar al aan onderwerpen zoals werk, hobby, kinderen of doordat je te weinig tijd aan elkaar besteed. Liefde moet onderhouden worden. Denk aan een wijngaard als je niets met die wijngaard doet, je besproeid de planten niet als ze droog zijn, of je haalt de dode planten niet weg, de wijngaard verdort en vergaat. Zo is het ook in de ware liefde. Je moet tijd voor elkaar maken, je moet elkaar helpen, voor elkaar zijn, elkaar complimenten geven. Zodat ook die wijngaard van de liefde vruchten zal doen voortbrengen van de liefde. In voor en in tegenspoed, ja maar in de Heere, want zonder Hem wat blijft het dan een koud en dor huwelijk zonder inhoud. Ja en toch ook wat is er veel kapot gegaan door de zondeval. Er is zoveel wrijving en haat gekomen in de wereld. Maar leren we bidden en elkaar toch altijd lief te hebben in alle dagen die God ons gegeven heeft. ‘Want waar liefde woont, gebied den Heere Zijn zegen’.

Zo komen we gemeente bij onze tweede gedachte:

 

2.Liefde in voor én tegenspoed.

Een christenleven gaat ook door tegenspoed. Er zullen zorgen komen en verdriet. Mensen rondom je of familieleden die overlijden. Wat een rouw kan er dan in het leven komen. Wat een pijn kan dat geven en wat een kracht kan er dan van uitgaan als je als man en vrouw elkaar mag ondersteunen, ook vanuit het geloof. Elkaar bij staan in alles wat er komen zal. In de zorgen rondom je kinderen als je die ontvangen mag. Wat vraagt dat ook een kracht en een moeite soms in de opvoeding van je kinderen. De wereld trekt aan ze en ze staan bloot aan de wereld en haar begeerlijkheden. Denk hierbij aan het internet, waarop je overal kun surfen en verkeerde foto’s of websites kan bezoeken en bekijken. Maar wat een gevaar van wereldse vrienden die je overal naar heen trachten te slepen. Naar de wereld en haar begeerlijkheden, zonder Gods hulp zouden we nooit stand kunnen houden. Maar wat vraagt het dan een geloof om kracht te zoeken in het gebed en in het Woord. Want God gaf het teken aan het voorhoofd van je kindje. Je bent van Mij, je behoort Mij toe. Bekeer je tot mij!

Maar ook wat een leed kan je overkomen door ziekte van je kinderen of van jezelf. De dokter constateerde bij je een ernstige ziekte. Wat een leed en een weg moest er worden gegaan. Maar gedragen door elkaar, door de gemeente en door de kracht van de Heere mocht het verder gaan. Hij weet van alles af en Hij ondersteund ons. Daarin zien we ook hoe belangrijk het is dat er in het huwelijk een relatie is van man en vrouw met God zelf! Samen verbonden in de Heere. Zonder Zijn hulp wat zou de verwachting dan nog zijn? We zouden vergaan in smart en rouw. Maar in de Heere kan het soms wel gebukt onder een kruis gegaan, maar het gaat wel gedragen door Zijn kracht. ‘Onze hulp is in de Naam des Heeren.’ Wat van Hem is laat Hij nimmer los. Hij beschermd het en omgeeft het. Waar anderen in de wereld zouden zeggen, mijn leven is nu wel voltooid en het is een uitzichtloos lijden ik maak er maar een eind aan. Dat is de wereld van nu, maar Gods kinderen zien door genade anders. Ja hoe? Mag u het ervaren, mag u er van weten? ‘Zij wandelen, Heer', in 't licht van 't Goddlijk Aanschijn voort; Zij zullen in Uw Naam zich al den dag verblijden; Uw goedheid straalt hun toe; Uw macht schraagt hen in ’t lijden’. Daarin mogen zij zich getroost weten want Hij zorgt voor Zijn kinderen. En daarom kunnen ze ook en willen ze ook niet zelf hun levenseinde beschikken, nee want ze leven niet voor zichzelf, dat is het verschil met de wereld. Maar ze leven voor Hem, ‘door U, door U alleen, om 't eeuwig welbehagen’. En daarom roemen ze in tegenspoed. Hoe kan dat? Dat kan alleen in de ware liefde. De ware liefde in en met Hem.

 

Dan komen we weer bij onze tekstverzen uit. Lees maar mee in vers 7a: ‘Vele wateren zouden deze liefde niet kunnen uitblussen; ja, de rivieren zouden ze niet verdrinken’. Ware liefde houd stand wat er ook gebeurd. Hoe veel stormen er ook zullen woeden. Welke koers je huwelijksbootje of je persoonlijk levenschip ooit zal gaan. Ware liefde blijft trouw. Waar jij gaat ga ik en waar ik ga ga jij met mij mee. De ring als bewijs, ik wil de jouwe zijn en ik wil je altijd trouw zijn in en door al mijn gebreken heen. Want o wat er kunnen er veel gebreken ontstaan in het huwelijk. Je bent teveel op jezelf gericht, of je kwetst elkaar. Die ring tóch het bewijs, ik ga met jouw verder, omdat ik ondanks alles wat ik ook verkeerd doe toch van je hou. Een goed huwelijk houd ook in dat je je fouten aan de ander toegeeft en dat je problemen uit kan praten. ‘ Ik ben fout geweest het spijt me, vergeef me’. Door tegenspoed. Ja in andere landen kan het soms zo zijn dat de liefde zwaar beproeft wordt door vervolging. Je man of vrouw raakt in de gevangenis of komt in een arbeidskamp terecht, en wat kan dat een sterkte beproeving zijn. Je wordt gescheurd van elkaar omwille van het geloof. Maar tegelijkertijd houdt het geloof beiden staande, het gebed voor elkander. ‘O Heere wees bij mijn man, wees bij mijn vrouw’.

Maar gelukkig gaat het huwelijks leven en het leven niet alleen door de tegenspoed, maar mogen er ook dikwijls dingen zijn waarvoor we mogen danken. Er mochten kinderen geboren worden, je mocht na het verliezen van je baan weer een baan vinden. Je mocht beter worden en opknappen van een ziekte. Je mocht 40 jaar getrouwd zijn! Wat een gebeurtenissen om ook voor de danken! Een leven uit dankbaarheid in de Heere. ‘Dankt God in alles’ zegt Paulus in zijn brief aan de Thessalonicenzen. Wat een wonderlijke dingen mochten er plaats vinden in je leven. Er mocht na een tijd van moeite en verdriet een rustige tijd aan breken. Er mocht na een tijd van aanvechting, een tijd van bevestiging – van rust en vrede komen. Wat kan het leven soms gaan als Prediker 3. U moet het thuis maar is nalezen. Er is een tijd om te lachen en een tijd om te huilen. En zoveel meer van deze gebeurtenissen, u zult zich dikwijls in deze gebeurtenissen kunnen vinden. Vreugde wordt afgewisseld met moeite, vragen en smart. En toch blijft de ware liefde staan.

Door alles heen, brengt het je dichter naar elkaar. Wat er ook gebeurd, het zegel, de ring aan je vinger. Ik wil in alles van haar zijn en zij van mij.

Dat is ware liefde gemeente en wat kan daar in onze samenleving nog zoveel van geleerd worden. Als we zien dat in onze samenleving alles zo geheel en gewoon is geworden. In het begin zo gehecht en zo diep verbonden, maar door alle drukte van elke dag en het ego werd het steeds meer afstandelijker en ging het verwijderen uit je leven. Hoe vaak wordt in onze samenleving niet de mens als een object gezien in plaats van een mens in waarde en in het betrachten van echte liefde! Zoveel mensen vandaag de dag laten zich lijden door de lust. Seks en seks en bestaat er dan niets anders dan seks? De lust zal vergaan. Alles is ijdel! De begeerlijkheid, ach het stopt eens als je sterft.  Wat kan het fout gaan als een huwelijk alleen maar op seks gegrondvest is. Het draait om de liefde. En dan, ja in het huwelijk o wat verlang je dan naar elkaar, om samen één te worden. Eén vlees, nee niet om de lust, maar om de liefde, je houdt zoveel van die ander. Je wilt je liefde geven aan de ander, je lichaam, je bezit, alles. Seks hoort thuis in het huwelijk. Vergis je daar niet in jongeren. De Bijbel is daar zo duidelijk over. Er zijn zoveel teksten die daar heen verwijzen. Je kan dat lezen in Deuteronomium. En meerdere voorbeelden spreken daaruit als we lezen dat er eerst tot vrouw wordt genomen en daarna tot haar wordt ingegaan. Seks mag het niet voor het huwelijk, maar past alleen in het huwelijk thuis. En dat heeft niet zomaar een reden. Omdat je heel je eigen persoon bloot legt voor de ander, terwijl een relatie voor het huwelijk vaak ook nog stuk kan doen gaan. En voor God bent je getrouwd met degene waar mee je voor het eerst seks hebt gehad. God gaf niet zomaar wetten die duidelijk deze richtlijn aangaven. Nee, maar het is een bescherming ten eerste voor jezelf. Als een relatie stuk loopt wat kan je dan door de grond van schaamte zakken als je met de ander geslachtsgemeenschap hebt gehad. Ook loop je het risico op geslachtsziektes, en een zwangerschap. Maar het belangrijkste wat doe je God hiermee zo’n groot verdriet aan. Je vertrapt zijn geboden en je gaat achteloos om met het mooie wat Hij heeft gegeven. Namelijk het prachtige wat thuishoort in het huwelijk het worden van één vlees. Wat gebeurd uit ware liefde voor elkaar, omdat je zoveel van de ander houdt.

Laten we hiermee voorzichtig omgaan, laten we niet mee gaan in de wereldse idealen. Er zijn christenen die hierin meegaan en proberen Bijbelteksten om te buigen dat er wel seks voor het huwelijk kan en mag plaats vinden, maar dat is niet zo. ‘Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn.’ Dat woordje aankleven zou je kunnen vertalen met aanhangen, met vastmaken, met vasthechten. Trouwen dus, je hangt je man/ je vrouw aan. En daarna zullen zij tot een vlees zijn. De tijdgeest wil dat duidelijk maken als iets achterhaalt, iets ouderwets. Maar wat is het o zo schoon, o zo mooi als het in de bedding van het huwelijk mag plaats vinden.

 

‘Vele wateren zouden deze liefde niet kunnen uitblussen’, echte liefde gaat door voor en tegenspoed. Wat er ook gebeurd je bent er voor elkaar, je blijft voor altijd trouw. Misschien is dat een van de moeilijkste dingen wel in onze tijd. Trouw blijven. Uit cijfers op internet is schrikbarend te zien hoeveel mannen en ook jongeren porno kijken. Maar ook schrikbarend dat er een website bestaat als ‘second love’. Waarin vreemdgaan wordt goedgekeurd. Hoe ver zijn wij als land afgeweken van echte trouw in het huwelijk? 631.000 leden heeft deze site. Wat zij doen is in werkelijkheid huwelijken kapot maken, kinderen bij de ashopen van ouders doen laten neer zitten. Alsof een avontuurtje op zo’n site nou echt geluk kan brengen. En als je daar als christen nou tegen bent krijg je van veel mensen de wind van voren. Trouw staat hoog in het vaandel. Zonder trouw gaat je huwelijk kapot en komen er scheuren in je leven. Die ring van je liefste, die zij of hij draagt waarmee zij of hij laat blijken dat je van elkaar houd, kan je niet dragen en ondertussen op internet met een ander zitten daten. Zoek deze gevaren ook niet op! Ga niet mee met de ideologie van de wereld en haar tijdgeest. Waarin zij alles goedkeurt als je gevoel het maar prettig vindt. Doe maar wat je lekker en leuk vindt, dan ben je gelukkig. Is dat zo? Nee daarin is geen liefde, ze is kaal, ze is dood, dor en leeg. En even zo als ze opkwam zal dit schijngeluk vergaan.

Maar een echt liefdes leven laat zich niet door deze dingen leiden, ik zeg niet dat deze dingen geen aantrekkingskracht op je kunnen hebben. Dat zeker, maar echte liefde zal altijd om elkaar blijven geven en elkaar blijven steunen. Zoals het huwelijksformulier uitlegt hoe het leven als man en vrouw bedoeld is en wat we hiermee beloven aan de Heere. Trouw te blijven, elkaar bij te staan in moeilijke en kwade dagen, onze kinderen zo wij deze ontvangen mogen, Godvrezend zullen opvoeden.

 

Echte liefde gaat door het vuur. Je bent bereidt alles voor de ander te geven, je hebt alles voor de ander over. Je kan en wil de ander nooit meer loslaten. De waarschuwing vanuit Hooglied die meeklinkt in het beklemmende van de hartstocht: bedrieg me niet, laat me niet los, schud me niet van je af. Omhels me, bemin me en draag me op je hart.

Dan gaat het voorts in het leven, in kwade en goede dagen. Elkaar steunend zoals Hooglied het zo mooi verwoordt : ‘Zijn linkerhand zij onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij.’ Elkaar in alles nabij te zijn en elkaar de liefde waardig schatten. Voor altijd van jou, omdat ik zoveel van je hou! Wat een geluk, en wat een genade als we dat mogen ondervinden. Want het is niet iets wat vanzelfsprekend is. Strand niet één op de drie huwelijken? En wat te zeggen tegen de mensen die zoveel hebben verlangd om te trouwen en om de ware te mogen vinden, maar nooit hebben gevonden of nog steeds niet. Wat een pijn kan dat geven. ‘Heere ik wil ook zo graag vriendin/ ik wil ook zo graag een vriend’. Hoe moet het nou? De eenzaamheid drukt zo en je verlangens en gevoelens blijken nooit vervult te worden. Weet dat de Heere ook zorgt draagt voor deze mensen. Gods weg is een weg die voor ons soms zo ondoorgrondelijk is, maar Zijn wil is altijd goed en wat kan het soms een leven zijn met pijn voor mensen die nooit de ware vonden. Laten we ook voor hen bidden en hen opzoeken en bemoedigen. Wetend dat wat Hij doet goed is voor tijd en eeuwigheid en dat we het eens als we bij Hem mogen komen het zullen begrijpen.

We stonden stil bij de liefde gegeven als kostbaar geschenk, straks daar nog iets meer over. Over de liefde hoe deze nou bedoeld is. Net stonden we stil bij het liefdesleven in voor en tegenspoed. Geduldig te zijn en elkaar in alle lek en gebrek te helpen en te beminnen en te ondersteunen. Als laatste gedachte staan we stil bij:

 

3.Liefde tussen man en vrouw in den Heere. ( het drievoudige-snoer)

Want gemeente, een goed huwelijk kan alleen gezegend zijn als deze ook in de Heere gesloten is. Als wij Hem niet kennen in ons leven wat baart dat veel zorgen. Je kent geen vergeving naar elkaar en soms geen begrip. Maar door de Heere te mogen kennen en samen te belijden ga je ook met andere ogen naar je partner kijken en leer je verdraagzaamheid.

Wat heerlijk om samen de Heere te mogen dienen en te mogen prijzen. Wat een zegen mag daar op rusten en wat een vrede kan dat geven in je hart. Door de tegenspoed waar we het zoeven over hadden, ook door voorspoed samen in de Heere, door Zijn Woord en door Zijn Geest. Wat is dat ten alle tijden nodig in ons leven. Dat wij Hem zo kennen en Hem zo liefhebben. Ja want Hij stierf voor zondaren, verloren in zichzelf, maar ja door genade kunnen zij gered worden en wel door het bloed van Hem.

Ja gezegend zijn zij die gaan in de weg van de Heere. Wat kan de weg dan zo anders gaan als verwacht, maar toch keer op keer ontdekt aan de macht en de liefde en de zorg van de Vader. Hij waakt over Zijn kinderen en Hij zorgt voor ze. Dan mag toch ook dit prachtige bruidslied een lied naar boven worden. Een lied tot God gericht. Hij mijn liefste en Hij mijn Heiland. Hij die Banier boven tienduizend, Hij o zo schoon en o zo dierbaar. Wat krijgt dan dit Hooglied een andere klank. Een lof en een danklied. O die zegel van de liefde waarmee ik jouw zo lief mag hebben druk ik aan me hart. Maar door genade mag ik in de eerste plaats Christus aan mijn hart drukken, ja omdat Hij mij eerst heeft liefgehad. Ik wil Hem niet meer kwijt! Ja zo kan het gaan gemeente, wat een wonderlijke wegen zijn de paden des Heeren. Veelal zodat we bij Hem zouden uitkomen, moe, bestreden en toch vertrouwend en belijdend Hij mijn Redder. Ja mag u Hem vandaag aan uw hart drukken als het zegel van de onvergankelijke liefde naar Hem?

En toch mag er in Hooglied zo iets moois door klinken. Want weet u, als we heel diep in de tekst graven komt toch Gods Naam een keer voor in het ‘Hooglied’. Voor het woordje vlam in het Hooglied staat de Hebreeuwse grondtekst als ‘shlebeth’. Maar achter het laatste woord ‘vlam’ in de tekst staat nog ‘jah’, dus dan staat er ‘shlebethjah’, in Nieuwe Bijbel Vertaling verwoord als ‘een laaiende vlam’ wat letterlijk staat in die tekst als een ‘Gods vlam’. Ja zo mag het duidelijk worden de Heere heeft de liefde gegeven als iets o zo mooi en Hij werkt dat verlangen tussen man en vrouw steeds meer naar elkaar. Steeds dieper en steeds intenser, jij de mijne en ik van jouw. Ja de Naam van de Heere mag dan toch in dit kleine boekje gelezen worden. Hij is in het liefdesvuur, het vuur van psalm 133. Waar het liefdesvuur niet wordt gedoofd. Hij sterkt en Hij verbind. En wat Hij verbind door middel van het huwelijk mag de mens niet verbreken. Wij mogen niet scheiden wat God heeft samengevoegd. 

 

Maar ik zou nog even terug komen op de vraag hoe dat nou zit met het vraag stuk als je met je seksuele gevoelens worstelt vanwege je seksuele geaardheid naar mensen van hetzelfde geslacht. De maatschappij is er de laatste decennia’ s ontzettend veel mee bezig en ook verscheidene kerken zien allemaal anders naar het standpunt vanuit de Bijbel. En toch staat er duidelijk in de Bijbel dat ‘mannen die bij mannen liggen’ verkeerd is. We kunnen daar niet om heen en wat verdienen deze mensen ook een zo groot respect zolang ze geen relatie (willen) aangaan, omdat ze trouw willen blijven aan het Woord van God. Deze mensen voelen zich zo vaak vernederd en niet gerespecteerd ook in onze kerken. Laten wij ook blijken dat wij om hen geven en een plek geven in onze gemeente. Vanuit de Bijbel wordt er duidelijk afgekeurd dat een ‘relatie’ met iemand hebben van hetzelfde geslacht absoluut niet mag. Wat kan dat voor velen van deze mensen een worsteling zijn om toch geen relatie aan te kunnen gaan met iemand van hetzelfde geslacht. Laten wij juist er ook voor hen zijn en voor hen bidden. Een seksuele geaardheid voor hetzelfde geslacht moeten we in de persoon respecteren, maar het aangaan van een seksuele relatie op dit gebied is verkeerd en wordt duidelijk verboden vanuit Gods Woord.

Wat kan er zoveel manieren tegengas worden gegeven vanuit de samenleving hoe wij moeten omgaan in relaties en met liefde. Ik zij zoeven al over seks dat dat voor in het huwelijk bestemd is. Wat droevig om te zien dat wij als christenen steeds meer mee gaan in de wereldse ideeën die dat goed keuren. Ook de vorm van samenwonen is heel erg in, in deze tijd. De wereld gaat steeds verder vandaan bij God en doet maar waar zij haar plezier in vind. Och gemeente het zal nog vele malen erger worden, maar laten we bidden dat God ons wil bewaren voor deze zonden. Want vanuit ons hart zijn wij geneigd om toe te geven aan de wereld en daarin mee te gaan. ‘Och Heere bewaar ons voor de boze.’

Wat een genade mag het zijn om te mogen weten en ervaren dat de Heere voorop mag staan in je huwelijk, of in je verkering. Dat jullie samen Hem mogen liefhebben en Hem mogen belijden. Wat mag dat een zegen zijn, want het is zeker niet vanzelfsprekend in deze tijd, waar je zo mee gezogen kan worden met de wereld en ook met al die ethische onderwerpen. Hoe je moet daar als christen nou mee omgaan? Leg het maar voor Hem neer, ‘Heere de strijd is zo moeilijk en we weten het zo slecht, maar wilt U raad geven?’ En dat heeft Hij ook beloofd, Hij zal raad geven, Zijn oog zal op uw zijn. Moeilijk om soms keuzes te moeten maken, wat moet ik doen en hoe moet ik handelen? Leren we leven vanuit psalm 25 en 119 ‘leer mij Uw weg o Heere’?

 

Ja zalig zijn zij die Hem kennen en op Hem betrouwen. Betekend dat als je Hem kent en je mag weten verbonden te zijn in het drievoudige snoer dat je geen zorgen meer kent? Nee dat zeker niet. Wat kunnen er dan zoveel zorgen komen in je leven, maar dan mag je denken aan psalm 18. ‘Met U dring ik door sterke benden’. Met eerbied gezegd, met de Heere is er geen muur te omhoog om er over heen te springen. Samen de Heere dienen, wat een vreugde. Een blijdschap die nooit vergaat. Nee dan staat niet meer je werk of je hobby, of je partner zelfs centraal, maar dan staat Hij in het middelpunt. Wat kan je leven soms zo zwaar lijken en zo zwaar zijn. Denk aan Job, aan David, aan Asaf. Soms lijkt of de Heere de band verbroken heeft. Maar toch dat snoer van de liefde zit nog steeds aan Hem verbonden.

Denk maar is aan een doorzichtig touw. Je ziet het niet, maar het bestaat wel degelijk. Zo is het ook met het drievoudige snoer in de Heere. Soms kan het lijken of God je heeft verstoten. Waarom laat Hij niet iets van Zijn liefde zien? Wat kan dat een beproeving zijn! De Heere wil u zo graag dicht aan Zijn hart drukken. Maar de Heere beproeft wel eens de oprechte zegt een psalm. En waarom dan toch? Opdat u, opdat wij naar Hem zouden komen. Onze zorgen zouden belijden, bij Hem uit zouden huilen. Hij wil zo graag dat u uw hele hart voor Hem neerlegt. ‘Heere U alleen en van U alleen verwacht ik mijn hulp.’ Soms lijkt het alsof het touw is doorgesneden, ‘ik zie het soms niet zegt iemand uit ons midden’. Maar toch dat touw is er wel. Het is als een doorzichtig touw, we zien het niet, we begrijpen en verstaan het niet zegt opnieuw weer een dichter van een psalm, ‘we zien het maar we doorgronden het niet’. Dat doorzichtige touw toch verbonden aan ons leven als we Hem kennen. Soms laat Hij het touw zijn als doorzichtig. Om ons diep afhankelijk van Hem te maken. Wat kunnen we ons dan alleen voelen, waar is God? Om dan even later Zijn kinderen te komen opzoeken. ‘Zie hier ben Ik, kom toch bij Mij’. Opdat U Hem meer en meer zou gaan liefhebben en Hem meer en meer zou nodig hebben. Dan wordt die liefde tot Hem als een eerste levensbehoefte. En Zijn Woord, wat krijgt dat een onschatbare waarde! Je kan en wil er niet meer zonder. Dat Woord, Zijn Woord, ja door genade de bron van zaligheid voor jouw geworden. Dat ene Woord ja ‘ofschoon ik alles mis. Door zijnen smaak, èn hart èn zinnen strelen.’

 

Het zegel van de liefde. Weet u nog? Die diepe liefde tussen twee mensen, man en vrouw. Ik druk je tegen mijn hart. Als een zegel, als een stempel. Iedereen mag het zien, jij bent van mij. En zo mag dat ook gaan in het leven van het drievoudige snoer. In je verkering, of in je huwelijk of als alleenstaande. Iedereen mag het zien, als een stempel op mijn hart, als een ring om mijn vinger. Iedereen mag het zien, ‘deze God is mijn God, door tijd noch eeuwigheid te scheiden. Ter dood toe zal Hij mij geleiden.’

Dat is mijn God. Ja door het lijden en de zorgen heen, geeft Hij moed, geeft Hij kracht, geeft Hij troost. ‘Ik ben met u en zal met u zijn tot het einde der wereld’. Zo mooi ook om te zien hoe mensen hun Heiland belijden. Denk aan het symbool van het visje, ‘het Ichtusteken’ op je auto. Ik heb de Heere lief. Of denk aan die mensen in Noord Korea en Syrië. Zo verdrukt, misschien wel hun man of vrouw of dierbare verloren door de vervolging. Wat een onmenselijk verdriet wordt er daar door de duivel gesticht. Maar toch als een zegel op hun hart, nemen ze overal dat Woord mee naar toe. ‘Ik schaam mij des evangelies niet’, zegt Paulus. Roemen in de verdrukking wetende, “dat de verdrukking lijdzaamheid werkt; En de lijdzaamheid bevinding, en de bevinding hoop.”

Wat kunnen we veel van deze mensen leren. Ze dragen het Woord mee en iedereen mag die liefde zien. Als die ring om je vinger dat je zoveel van de ander houdt. Zo te mogen laten zien, dit is Mijn Heiland en Hij stierf voor mij. Wat kunnen mensen aan het nadenken gezet worden. Die christenen hebben iets wat wij niet hebben. Ze stralen geluk, ze stralen liefde, ze stralen hoop uit. ‘Deze hoop moet al hun leed verzachten, komt reisgenoten hoofd omhoog. Voor hen die ’t heil des Heren wachten zijn bergen vlak en zeeën droog.’

Ja gemeente, wat een lied dat ‘Hooglied’. Een lied der liefde. Wie Hem zo mogen kennen, Hem zo leren liefhebben. ‘Vele wateren zouden deze liefde niet kunnen uitblussen; ja, de rivieren zouden ze niet verdrinken’. Wie kan hen scheiden van de liefde? Liefde gaat door het vuur. Ze heeft alles voor de ander over. Ja nu is de liefde soms nog zo gebrekkig, maar wat zal het worden? Straks in het paradijs, als je nooit meer zal haten, maar altijd mag liefhebben. Is dat u troost? Wat kan het moeilijk zijn om soms mensen te leren liefhebben. Mensen die je alles aandeden, je vertrapten, je naar beneden haalden en toch liefde geven. Ja de Heere Jezus laat ons het zien aan het kruis. Dit is Mijn liefde, ‘Mijn liefde en ijver brand’, die liefde gaat door het sterven heen voor hén. ‘O Heere Uw liefde wat was die ontzettend groot voor zondaren. Leer mij toch daaraan genoeg te hebben.’ Pak vanochtend toch Zijn aangeboden hand aan. ‘Ik wil jouw Leidsman zijn’. Wat kan het ver weg zijn in je relatie, mede door allerlei gebeurtenissen die plaats vonden in je leven. Maar er is een weg terug, de Vader staat met de Zoon op de uitkijk. Wie kom zal niet buiten geworpen worden, maar zal in liefde worden aangenomen.

 

Gemeente we gaan afronden. We hoorden net over die liefde, hoe deze bedoeld en gegeven is. Wat een prachtig iets wat God gegeven heeft. Je hart vol van de ander, deze mijn grote liefde. Maar Hij, mijn Allerliefste Jezus Christus. Die ring, dat zegel zo sterk als de dood zei onze tekst. Zo intens, zo diep. Wat kan je verlangen naar je man of vrouw om deze weer te zien. Als een wachter aan de poort, telkens komt hij of zij al? Misschien heb je zo wel gestaan voor het raam op je huwelijks dag. Kom hij al, of als een bruidegom op het puntje van je stoel in de auto om een glimp van haar op te vangen uit de verte op weg naar haar huis. Wat een heerlijk moment om je liefde en trouw te mogen beloven in de kerk. Voor altijd tot de dood ons zal scheiden jij de mijne en ik van jouw. En vanochtend staat de Heere hier in de kerk en Hij vraagt ‘geef Mij jouw rechterhand en beloof Me jouw liefde en jouw trouw, geef Mij jouw hart’. In alle lek en gebrek die wij hebben en met zoveel zondige gebreken. Maar toch omhels Mij nou, bemin Mij nou. Draag Mij op jouw hart. Ik zal er voor jouw zijn en zal met je zijn en met jouw blijven. Kom wacht nu niet langer, maar kom en kniel voor het aangezicht des Heeren. Die zegel die pronkt op uw voorhoofd. De doop roept, waar blijf je, waar blijft jouw liefde nou naar Mij? Door genade alleen mag het zijn zie hier ben ik Heere, niets begeerlijks aan mij. Maar U wilde mij Heere. Och mag ik de Uwe zijn? En gemeente beterder kan het nooit kan worden. Want in het vinden van Hem is loon. De liefde is groot, nooit te verslaan. Maar ze brand als een vuur. Daarom kunnen Zijn kinderen toch staande houden in de verdrukking en in deze wereld. Het is maar voor een tijd, maar straks de eeuwigheid. Dan zal het volmaakt zijn en zal alle liefde ja en dan onbevlekt, nu nog met zonden en gebreken, maar als dan geheiligd in en door Zijn bloed van Zijn liefde en Zijn trouw zingen. Zingt u mee, is dat uw schoonste lied? ‘Mijn hart vervult met heilbespiegelingen zal het schoontste lied van ene Koning zingen.’

Mijn liefste is mijn en ik ben de zijne. Voor eeuwig tot elkaar verbonden in de liefde. Het mooiste geschenk wat we hier op aarde mogen hebben. De liefde. Ja die ring pronkt om mijn vinger, ze roept en hij roept. Zij/ hij kusse mij met de kussen van zijn/haar mond. Maar het schoonste lied mag er klinken als beiden mogen zingen van het lied niet over hen, maar van Hem. Hij hun Koning en straks met Hem ten hemel mogen gaan. Om samen nu al de Heere te mogen verwachten, want ze zullen uitgeleid worden uit dit aardse Egypte. De Heere zal komen en zal Zijn Kinderen thuis halen. “Straks leidt men haar in statie uit haar woning, In kleding rijk gestikt tot haren Koning.” Mag u deze troost kennen, mag u door genade uit volle borst mee zingen in het engelen koor die altijd zingen van Zijn liefde? ‘Ja mijn God U zal ik loven, U al mijn liefde waardig schatten, U de lof en de eer. Om Jezus wil.’ Amen.

 

Psalmenkeuze

Voor de preek:

 

Psalm 125 vers 1 en 2

1. Hij zal noch wanklen, noch bezwijken,
Die op den Heer' vertrouwt,
En op Zijn goedheid bouwt;
Hij zal, als Sions berg, nooit wijken,
Wiens grondslag door geen aards vermogen
Ooit wordt bewogen.

 

2. Gelijk 't gebergt', dat, hoog gerezen,
Om Salem ligt gespreid,
Zo is, in eeuwigheid,
De Heer' rondom hen, die Hem vrezen;
Rondom Zijn volk, 't welk Hij wil hoeden
Voor tegenspoeden.

 

Psalm 37 vers 2 en 3

2. Stel op den Heer' in alles uw betrouwen;
Betracht uw plicht, bewoon het aardrijk; leer
Uw welvaart op Gods trouw volstandig bouwen.
Verlustig u met blijdschap in den Heer',
Dan zal Hij u in liefd' en gunst aanschouwen,
U schenken, wat uw hart van Hem begeer'.

 

3. Geen ijdle zorg doe u van 't heilspoor dwalen;
Houd in uw weg het oog op God gericht,
Vertrouw op Hem, en d' uitkomst zal niet falen:
Hij zal welhaast uw recht, voor elks gezicht,
Doen dagen als de morgenzonnestralen,
En blinken als het helder middaglicht.

 

Psalm 147 vers 6

De Heer' betoont Zijn welbehagen
Aan hen, die needrig naar Hem vragen,
Hem vrezen, Zijne hulp verbeiden,
En door Zijn hand zich laten leiden;
Die, hoe het ook moog' tegenlopen,
Gestadig op Zijn goedheid hopen.
O Salem, roem den Heer' der heren;
Wil Uwen God, o Sion, eren!

 

Psalm 89 vers 7,8,10 en 12

7. Hoe zalig is het volk, dat naar Uw klanken hoort!
Zij wandlen, Heer', in 't licht van 't Goddlijk Aanschijn
voort;
Zij zullen in Uw Naam zich al den dag verblijden;
Uw goedheid straalt hun toe; Uw macht schraagt hen in 't
lijden,
Uw onbezweken trouw zal nooit hun val gedogen,
Maar Uw gerechtigheid hen naar Uw woord verhogen.

 

8. Gij toch, Gij zijt hun roem, de kracht van hunne kracht;
Uw vrije gunst alleen wordt d' ere toegebracht;
Wij steken 't hoofd omhoog en zullen d' eerkroon dragen
Door U, door U alleen, om 't eeuwig welbehagen,
Want God is ons ten schild in 't strijdperk van dit leven,
En onze Koning is van Isrels God gegeven.

 

10. "Mijn hand zal, hoe 't ook ga, hem sterken dag en nacht;
Mijn arm zal hem in nood voorzien van moed en kracht;
De vijand zal hem nooit door wreevle handelingen,
Door list, of hels bedrog in uiterst' engten dringen;
Den booswicht zal 't geweld nooit tegen hem gelukken,
Noch in- noch uitlands vorst zijn zetel onderdrukken."

 

12. "Gij," zal hij zeggen, "zijt mijn Vader en mijn God,
De rotssteen van mijn heil" "'k Zal hem ook stellen tot
Een eerstgeboren zoon, door al zijn broeders t' eren.
Als koning zal hij zelf de koningen regeren;
Mijn goedertierenheid zijn rijkstroon eeuwig stijven,
En Mijn gemaakt verbond met hem bestendig blijven."

 

Na de preek:

 

Psalm 45 vers 1 en 7

1. Mijn hart, vervuld met heilbespiegelingen,
Zal 't schoonste lied van enen Koning zingen,
Terwijl de Geest mijn gladde tonge drijft,
Is z' als de pen van een, die vaardig schrijft.
Beminlijk Vorst, uw schoonheid hoog te loven,
Gaat al het schoon der mensen ver te boven;
Gena is op uw lippen uitgestort,
Dies G' eeuwiglijk van God gezegend wordt.

 

7. Straks leidt men haar in statie, uit haar woning,
In kleding, rijk gestikt, tot haren Koning;
Zo treedt zij voort met al den maagdenstoet,
Die haar verzelt, U vrolijk tegemoet.
Zij zullen blij, geleid met lofgezangen,
De vreugde voen, die afstraalt van haar wangen.
Tot zij, waar elk gewaagt van haren lof,
Ter bruiloft treen in 't koninklijke hof.

 

Psalm 133 vers 1-3

1. Ai, ziet, hoe goed, hoe lieflijk is 't, dat zonen
Van 't zelfde huis, als broeders samen wonen,
Daar 't liefdevuur niet wordt verdoofd;
't Is als de zalf op 's Hogepriesters hoofd,
De zalf, waarmee hij is aan God gewijd,
Die door haar reuk het hart verblijdt.

 

2. Die liefdegeur moet elk tot liefde nopen,
Als d' olie, die, van Arons hoofd gedropen,
Zijn baard en klederzoom doortrekt;
Z' is als de dauw, die Hermons kruin bedekt,
Die Sions top met vruchtbaar vocht besproeit,
En op zijn bergen nedervloeit.

 

3. Waar liefde woont, gebiedt de Heer' den zegen:
Daar woont Hij Zelf, daar wordt Zijn heil verkregen,
En 't leven tot in eeuwigheid.