Prekenserie Gods trouw en bewaring deel 2 : psalm 91

Prekenserie Gods trouw en bewaring deel 2. Psalm 91

Psalm 91

Psalm 12

Tekst psalm 91 vers 1: Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen.

 

1.       Bij Hem ben je veilig

2.       Gods beschermende handen

3.       Gods bewaring door Zijn engelen

 

 

 

1.Bij Hem ben je veilig

 

Gemeente is dit geen heerlijke psalm? Psalm 91? Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen. Als je gemeente tot Hem: Jezus Christus de toevlucht hebt genomen ben je veilig. Wat kan je daar naar verlangen in deze tijd. Veiligheid. Waar kom je dat nog tegen in deze wereld? In Oekraïne niet, in Syrië , in Irak niet. Ja zelfs in ons eigen land niet meer. De I.S kent overal zijn aanhangers , ook in Nederland. Wat is veiligheid van weinig zelfsprekendheid in deze dagen. Eigenlijk ben je nergens veilig meer. Of je nu in Nederland woont of in Afrika , nergens is veiligheid van zelf sprekend. Wat kan je dan zo angstig voelen, waar het gaat heen, wat brengt de toekomst? Veel mensen hebben het er over. Wat leven we toch in een angstige tijd. En u gemeente? Bent u ook bang? Bang voor wat er nog te wachten staat in 2015? Ja gemeente ik kan het goed begrijpen als u bang bent voor de toekomst, maar heeft uw ogen op de Heere Jezus gevestigd? Als u op Hem ziet, dan kan er nog zoveel gebeuren in deze wereld. Rampen, oorlogen noem maar op, maar als u ziet op Jezus wat kan u zich te midden van deze angstige tijd toch veilig voelen. Veilig? Ja als u een kind van God mag weten te zijn, dan rust u in de schaduw van de Almachtige en wie vernacht in de schaduw des Almachtigen zal bescherming vinden in Hem.

 

Misschien herinnerd u zich die preek nog over psalm 46 op nieuwjaarsdag: God is ons een Toevlucht en Sterkte; Hij is krachtelijk bevonden een Hulp in benauwdheden. Daarom zullen wij niet vrezen. Als je mag schuilen in die burcht waarover psalm 46 spreekt ben je veilig. Veilig voor de vijand. Veilig voor de duivel. Dat neemt niet weg als je bij Jezus mag schuilen dat er geen verzoekingen en verleidingen meer zijn. Nee die blijven er helaas, ja die zullen blijven tot de dag van de wederkomst, maar een verschil is het dat die verleidingen en verzoekingen eerst over die muur heen moeten van het kasteel.

 

Wat ik in de vorige preek ook zei: Alles wat God ons toeschikt gaat eerst door Zijn handen, door de handen van Jezus en dan schikt Hij ze ons toe. Dat kan moeilijk zijn, soms zelfs bijna ondragelijk. Zeker als er iemand overlijd uit je familie. Wat kan je, je dan zo eenzaam en ellendig voelen. Zo verlaten van God. Het lijkt misschien erg om dit zo te zeggen, maar God schikt dit ons zo toe opdat hiermee de liefde blijkt tot Hem. Heb ik Hem lief? Wat gebeurd er als er tegenspoed komt? Laat ik het geloof dan gelijk varen? Hoef ik Jezus dan niet meer? Kan ik dan nog geloven in zo’n God? Anderen verklaren je voor gek. Geloof je nou werkelijk in zo’n God die dit allemaal toelaat?  Zonder ook maar enigszins te beseffen dat God over al een plan , een doel mee heeft. God doet dit niet allemaal ons te plagen, om het zo te zeggen. Nee Hij wil ons geloof des te zuiverder maken en al het kaf van ons leven er uit schudden. Zijn plan kan soms zo vaag lijken, maar eens komt er de dag dat je mag weten, zo zat het en daarom moest dit gebeuren.

 

Verleidingen. Die komen zo je hart binnen. Als je achter de computer zit of reclame  folders kijkt. De duivel gaat met de tijd mee. De computer staat vol met verleidingen. Ik denk dat jullie mij begrijpen jongeren. Verkeerde sites, pornosites, gok sites, verkeerde muziek noem het maar op en dan reclame folders. Mensen die er voor geleerd hebben om folders zo te drukken en artikelen zo te presenteren dat de klant verleidt wordt om de artikelen te kopen. Wat zijn we zondig bezig en wat beseffen we dat zo weinig. Nee al die verleidingen stoppen niet zomaar, die blijven  je brievenbus van je hart binnenkomen. Hoe ga je daarmee om? Om zo te denken. Wat zou de Heere Jezus hiervan vinden als ik deze website bezoek, of wat zal de Heere vinden als ik dit artikel koop waar zoveel reclame voor gemaakt wordt en door honderden mensen al zijn gekocht. Kan immers toch niet achterblijven met de mode of met de tijd. Vergis u niet gemeente, eens moet u rekenschap over dit alles geven. Hoe ga ik met mijn geld om? Hoe met de vrijheid die ik op internet heb? Denk daar eens over na jongeren!

 

Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen. Wie tot Hem de toevlucht heeft genomen. Mag zich veilig weten bij Hem. Vijanden zullen er altijd blijven. De duivel slaapt nooit, maar wie in Hem de toevlucht heeft genomen mag zich zeker weten van Zijn almachtige bescherming en wie kan tegen Hem op? De duivel niet, nee die verliest.

 

Hoe kan ik in die schuilplaats komen?  Gemeente, door het bloed van Jezus. Dat bloed vloeide op Golgotha voor mij. Ja voor mij? Ja voor u, omdat Hij u liefhad gaf Hij zich in tot in de dood voor u. Is dat niet genade gemeente? Ik moest de eeuwigheid sterven, maar Hij had mij lief, dat Hij zich liet kruisigen, liet sterven voor zondaren als ik. Waarom hield Hij dan zo van mij? Omdat  God u schiep naar Zijn evenbeeld en omdat Hij u zo liefhad ,een liefde die niet meer over gaat, een liefde die zelfs voor vijanden tot in de dood gegeven wordt. Voor ondankbare zondaren, want dat bent u en ik toch gemeente? Ik , ik kan mezelf wel redden hoor, ik heb geen redding nodig. Gemeente ga niet zo door! Bekeert u! Neemt Zijn bloed aan. Dat tot vergeving van zonde en dat tot eeuwige rust.

 

Wie van Hem is rust immers in het vertrouwen op God, op Hem. Het hoofd omhoog en hart naar boven. Om op God te letten. Hij is het mijn liefste, spreekt Hooglied. Hij is van mij en ik ben van Hem. Ook al is de Bruidegom nu nog in de hemel, Hij laat Zijn bruid niet op aarde alleen. Zijn Geest werkt in de harten van mensen en troost ze , tot op de dag dat Hij Zijn bruid komt halen, om ze voor eeuwig thuis te brengen.

 

Gemeente rust u al in de schaduw van de Almachtige? Weet u zich beschermd door Hem? Vers 2: Ik zal tot den Heere zeggen: Mijn Toevlucht en mijn Burg! mijn God, op Welken ik vertrouw! Bij Hem is rust, bij Hem is veiligheid. Kom dan, vlucht deze Toevlucht toch binnen, laat u niet langer verleiden door u zelfredzaamheid, maar haast u naar het kruis. Want daar ligt de poort naar het kasteel. Daar kan worden binnen getreden in die sterke burcht en in die burcht wat ben ik dan echt veilig!

 

Vers 4 en 5 zegt: Hij zal u dekken met Zijn vlerken, en onder Zijn vleugelen zult gij betrouwen; Zijn waarheid is een rondas en beukelaar. Gij zult niet vrezen voor den schrik des nachts, voor den pijl, die des daags vliegt;

 

Bij hem schuilen onder Zijn vleugels. Net zoals dat kuikentje wat schuilt onder de vleugels van zijn moeder, mag u schuilen bij Hem. Nee dat kuikentje is echt veilig, geen dier kan hem zien. Bij Hem bent u veilig , ook al ziet de duivel u helaas wel, wilde dieren komen keer op keer naar u toe, in de gedaante van de boze om u te verslinden, maar zo lang u onder Zijn vleugels blijft bent u veilig. De Heere beschermd. Net zo als in dat kasteel. Zolang u in dat kasteel blijft bent u veilig. Zeker pijlen vliegen door de lucht, maar de muren houden ze tegen. Het geloof in Jezus Christus slaat de pijlen af. Het schild van het geloof.

 

Wat is dat wonderlijk die bescherming en bewaring, ja die trouw van God. In de vorige preek stonden we stil bij Jesaja 43: Gods bewaring waar de weg ook heen zal gaan. Door het water, door het vuur en vandaag in die burcht. Te schuilen bij Hem voor de pijlen van de boze. Straks zullen we nog meer verwonderd mogen worden, door die bescherming van God, die mij beschermd en bewaard terwijl anderen tienduizenden het leven verliezen. En ook die bescherming die de Heere geeft door Zijn engelen. Wat wonderlijk. Zijn engelen die ons bewaren op onze wegen.

 

Wat is dat wonderlijk als we mogen schuilen in die burcht en dan te weten, zelfs onverdiend. Ik heb Zijn bescherming niet verdiend toch beschermd Hij mij, toch behoud Hij mij. Ik mag nog leven.

 

U zal geen kwaad wedervaren zegt vers 10 Bij Hem bescherming en toch kan dat soms zo tegenstrijdig lijken vindt u niet? Het kan soms voelen of er duizenden vijanden het op u gemunt hebben. En om die vervolgde mensen maar eens te noemen in Nigeria, Noord Korea. U zal geen kwaad wedervaren? Hoe bedoelt de schrijver deze tekst dan wel? Als je bij Hem schuilt is je ziel veilig. Je lichaam kunnen ze kwaad doen, maar je ziel niet. Je vertrouwen in Jezus kunnen ze je niet afnemen, je liefde tot Hem daar kan  niets je van scheiden. Bijzonder vindt u niet? Wij hier in het westen kunnen ons zo weinig daarbij voorstellen, maar de verdrukte zielen daar in al die vervolgden landen, weten zich getroost door het Woord van Hem. Hij blijft bij mij, door de stormen en het vuur heen. Wie Mij wil volgen , neemt zijn kruis op zich en volge Mij. Dat kan moeilijk zijn, zwaar. Maar het gaat niet alleen , nee met Hem, mijn voetstappen in de Zijne. Achter Hem aan. Ja zo gaat het door de verdrukking heen . Het ware geloof rust in Hem ,in je ziel en dat pakt niemand je ooit af.

 

2.Gods beschermende handen.

 

Wat is die bescherming van God zo wonderlijk. Hij zorgt voor mij. Zo Goed zorgt Hij voor mij dat Hij zegt, je hoeft niet bang te zijn, voor den pijl, die des daags vliegt. Voor de pestilentie, die in de donkerheid wandelt; voor het verderf, dat op den middag verwoest. Waarom hoef ik niet bang te zijn­? Omdat de Heere zegt: Aan uw zijden zullen er duizend vallen, en tien duizend aan uw rechterhand; tot u zal het niet genaken. Wat is dat een wonder. Alleenlijk zult gij het met uw ogen aanschouwen.

 

Op het slagveld van het leven, duizenden mensen sneuvelen, maar ik blijf bewaard. Dat hoeft niet altijd in lichamelijke zin bedoeld te worden, maar ook wordt dit bedoeld voor het geestelijke leven met God. De geestelijke relatie met God die blijft tot in de dood.

 

Rond de tweede wereld oorlog leefde er een dominee die heette ds. Lamain. Misschien dat u ooit wel iets er over gehoord heeft. De inval van het Duitse leger kon elk ogenblik plaats vinden. Velen mannen uit de kerk van ds. Lamain en uit Rotterdam moesten in het leger om daar tegen de Duitsers te strijden, om zo hun land te verdedigen. Toen zij dominee Lamain eens in zijn preek tegen zijn hoorders door de Geest geleidt. Allen van deze 79 mannen zullen behouden terug komen. En het gebeurde allen kwamen behouden terug. Wat is de Heere een waar maker van Zijn woord. Ze zagen misschien wel duizenden om zich heen sterven die soldaten, maar zij bleven gespaard. Dat geeft ook die verwondering in het hart. Waarom zij wel en ik niet? Waarom sterft mijn buurman aan kanker en waarom wordt mijn oom wel beter? Vragen die je zo bezig kunnen houden. Het is niets meer dan genade dat we nog mogen leven. Niet dat we beter zijn. Nee dat helemaal niet, we zijn even slecht als ieder ander. Het is een wonder dat u nog mag leven , terwijl duizenden mensen vandaag de dag sterven aan ziekte, oorlog en hongersnoden.

 

Op het slagveld van het leven, mag ik weten als ik Hem liefheb. Alles ligt in Zijn handen en Hij beschikt over mijn leven. Psalm 39 : Mijn dagen zijn bij U geteld. Hij beschikt over leven en dood op Zijn tijd, en eens ook op Zijn tijd zullen wij moeten sterven.

 

Jongeren denken jullie daar wel eens aan? Of heb je geen tijd om daar over na te denken, of erger nog je wilt er niet over na denken. Ik moet van het leven genieten. Dood , daar kan ik later nog wel eens over nadenken, maar nu , nee nu wil ik eerst genieten. Besef de dood kan heel dichtbij zijn, wie geeft jouw het  recht dat je morgen nog leeft? Zonder Hem zul je dan eeuwig verloren gaan. Wat dringt jouw om hier van dit tijdelijke leven zo te genieten? Het is maar even, het is slechts een zucht. Na dit leven is de eeuwigheid en de eeuwigheid heeft een begin maar geen einde, als je Hem niet kent en Hij komt terug zul je eeuwig moeten wegzinken in de hel. Heb je daar je tijdelijke leven vol heidense genietingen voor over? Is dit leven beter dan het eeuwige? Weet wat je doet. Denk daar eens over na. Het leven is maar kort en het biedt je geen troost, je word er niet gelukkig van als je dat denkt. Dan kan soms zo lijken, maar eens houdt die weg op met voorspoed, maar wie bij Hem schuilt, mag weten, de Heere zorgt en beschermd mij. Geen kwaad zal mij wedervaren.  Als de Heere voor je zorgt, wat mag je dan getroost wezen. Mijn leven in Zijn handen. Ik geef het alles over aan Hem. Dan kun je inderdaad duizenden ja tienduizenden zielen vallen , mensen die het allemaal dachten zonder God te kunnen. Die liever vertrouwden op hun dode afgoden. Geld , geluk, macht, seks , sport, werk. Ze struikelen en komen om. Maar de ware gelovig blijft bewaard.

 

Wat kan je dan soms zo’n medelijden hebben met die mensen die opgaan in de zonden en die er zelfs in struikelen en ten val komen.  Je zou wel willen schreeuwen, stop ermee! Doe het niet langer, het gaat het niet goed zo, je bent op weg naar de hel! Een echte christen doet het verdriet als de ander op weg is naar de hel. Het kan u niet loslaten of wel? Heeft u er wel eens van wakker gelegen gemeente van familieleden , collega’s waarvan u weet dat ze op weg zijn naar de hel? Of houdt het u niet bezig gemeente? Ik heb vroeger eens wakker gelegen voor men vroegere collega’s. Ze vloekten en vloekten en gingen op zondag met personeelsuitje. Wat kan ik me soms zo schuldig voelen dat ik ze zo weinig heb gewaarschuwd. Bang om bespot en veracht te worden. Ik was jong, maar neemt dat de plicht weg om ze te waarschuwen? Nee. Wij moeten onze naasten waarschuwen als ze verkeerde wegen gaan. Dat is niet gemakkelijk, dat kan spot en wrok veroorzaken bij de ander, maar dat is wat de Heere Jezus van ons vraagt en als wij Hem liefhebben doen we toch wat Hij zegt? Of willen we Hem alleen maar volgen zonder spot en zonder veracht te worden? Wie Mij volgt neemt zijn kruis op zich en volge Mij zegt Christus. Spot en verachting horen daarbij. Nee het is geen gemakkelijke weg om Jezus te volgen, dat kent strijd en verdrukking, maar met een biddend hart bereikt die pelgrim toch de hemelstad.

 

Wat kan je onderweg dan soms zoveel mensen zien sterven. Duizend aan uw linkerhand, tienduizend aan uw rechterhand. Tot mij zal het niet genaken. De Heere die leidt mij dwars door het slagveld van dit leven heen. Waar zoveel mensen ten prooi komen voor de satan en vallen in de zonden. Wat een wonder dat Hij mij bewaart en mij  beschermd voor die grote gevaren van de satan en voor de zonden. Nee de weg is geen gemakkelijk weg. Heuvels en door dalen, langs ravijnen en door greppels, maar toch wordt de eindstreep gehaald.

 

En wat kan je ook zoveel mee maken op je levenspad. Je komt pijlen van de bozen tegen. Pijlen die je verleiden om zonden te doen, pijlen die je verder weg bij Christus vandaan brengen. Je komt misschien wel pestilentie (ziekte ) op je weg tegen. Wat een grote beproeving kan dat zijn. Wat kan je, je dan verlaten voelen en wat kan je dan soms zo teleurgesteld zijn in de weg die de Heere met je gaat. Het lijkt wel of de duivel je geestelijk leven totaal verwoest. Je wilt niks meer met God te maken hebben.

 

Weet u wat Job overkwam? Zijn dieren , zijn honderden, duizenden vee waren geroofd  of gedood en zelfs zijn eigen kinderen waren om gekomen. En toch Job houdt vast aan de Heere, hij blijft vertrouwen op Hem. Weet je waarom Job bleef vertrouwen op de Heere kinderen? Job was een kind van God. Hij geloofde dat de Heere dit niet zomaar allemaal liet gebeuren en hij hield staande in het geloof , omdat hij de Heere lief had. Alles , alles was weg, niks had hij meer over. Maar een ding bleef, het ware geloof in Hem. Het vertrouwen in Hem dat God alle kwaad wat Hij ons nu toeschikt ons ter beste keren zal. Wat een geloof. Wat kunt u en wat kan ik daar zoveel van leren. Wat hebben wij vaak zo’n klein geloof in Hem en bij de kleinste verdrukking die we tegen komen, doet ons wankelen aan God en vertrouwen we niet meer op Hem. Wetend dat de verdrukking lijdzaamheid werkt, en de lijdzaamheid bevinding, en de bevinding hoop; schrijft Paulus in Romeinen 5. De verdrukking werkt lijdzaamheid, geduld, verwachting op Hem en geeft stille hoop. Hoop dat Hij doet wat goed is voor ons en Zijn wil.

 

Wat een troost kent deze dichter. De bescherming van de Allerhoogste. Bescherming tegen de pijlen van de bozen, Zijn bescherming in ziekte, Zijn bescherming in het leven. Al komt er oorlog en zullen er duizenden vallen, tot u zal het niet genaken. Dat neemt niet weg dat we zorgeloos en onverschillig met ons leven zouden mogen omgaan. Zo van mijn leven is in Gods handen op Zijn tijd sterf ik toch. Nee wat zou het God zo’n verdriet doen als we zo met ons leven zouden omgaan. Het bewust vernietigen van ons lichaam, door middel van alcohol , roken en drugs. Tuurlijk een biertje mag heus, maar hoe gaan wij met ons lichaam om is de vraag? Het is wel de tempel van de Heilige Geest. Mogen we die zomaar vernietigen? Of anders wij Zijn het lichaam met Christus. Hij is het hoofd , wij de leden. Het lichaam met versleten en kapotte leden werkt toch niet? Dat functioneert toch niet? Wees daarom bedacht om de hoeveelheid alcohol die je neemt.

 

Terug gekomen op de bescherming. Kent u Zijn bescherming al? Heeft u die al mogen vinden in uw leven? Of denkt u dat u zich zelf beter kan beschermen? Daarin vergist u zich lelijk als u zo denkt. Immers in vers 8 lezen we dat gij (de gelovige, Zijn kind) met zijn ogen zal aanschouwen de vergelding van de goddelozen. Zijn kinderen zullen de goddelozen zien ondergaan, zien vallen. Links , rechts om hen heen. De een die drugsverslaafd is en overdosis neemt, een ander die helemaal in het werk opgaat en de eeuwige zaken links laat liggen. En zo tal van dingen die ik zou kunnen opnoemen. Als u Zijn bescherming niet kent, gaat u ten onder. Wacht u het lot der goddelozen, de ondergang gemeente!! Wat een verschrikking voor Zijn kinderen om de goddelozen te zien sterven in hun zonden en zelfredzaamheid, ze zien de straf die hen te wachten staat. Ja want ze hebben de zelfde straf verdiend, in de ogen gekeken toen God hun ogen opende voor hun zonden. Maar ze mogen door genade van die straf vrij gesproken worden. Door de Heiland die voor hun zonden heeft betaald. Ze zullen met verschrikking zien de ondergang van de goddelozen. Wat wonderlijk dat ik daarvan gered mag zijn. Dat ik vrijgesproken mag worden van de wet. Ja door het bloed wat over deze wet gesprenkeld wordt, het bloed van het Lam. Onschuldig bloed, maar wat de schuld op zich nam , om voor de mens een weg te bereiden tot eeuwige zaligheid.

 

Wat triest dat vele mensen dat bloed niet willen aannemen, dat Lam niet willen kussen en in verwondering zeggen Hij voor mij, mijn liefste. Is Hij uw liefste? Uw Heiland, uw verlosser , uw beschermer? Wie God vertrouwt, die deert geen kwaad. Uw tent zal veilig wezen. Hij zal Zijn engelen gebien. Dat zij u op weg bevrijden, gij zult in gevaren zien. Voor uw behoud’ nis strijden. En zo komen we bij onze laatste gedachte gemeente Gods bewaring door zijn engelen:

 

3.Gods bewaring door Zijn engelen.

We stonden net stil bij Gods beschermende handen. God die ons beschermd, die ons beveiligd. Des te wonderlijker wordt het ook als we lezen dat de Heere opdracht geeft aan Zijn engelen om ons te bewaren op al onze wegen. Zijn engelen, Zijn knechten die ons mogen beschermen voor de aanvallen van de boze. In het voorgaande vers , vers 10 staat dat ons geen kwaad zal wedervaren en geen plaag onze tent zal naderen. Hoe komt dat? Omdat God Zijn engelen gebiedt dat ze ons zullen en bewaren en voor ons zullen strijden, zodat,  lezen we in vers 12 , zodat we onze voeten aan geen steen zullen stoten. Wat wonderlijk dat de Heere Zijn bescherming gebied door middel van Zijn engelen.

 

Jullie kennen vast wel het spreekwoord : een engeltje op zijn schouder hebben. Door het oog van een naald gaan betekend dat, op wonderlijk wijze aan de dood of het gevaar ontkomen. De Heere bedoeld niet dat de engelen oneerbiedig gezegd op onze schouders moeten gaan zitten en in alles onze bescherm engel zijn. Nee dat niet. De Heere bied ons zelf Zijn bescherming en door middel van deze bescherming gebruikt Hij Zijn engelen.

 

Om een voorbeeld te geven: We gaan in gedachte terug naar de geboorte van Johannes de doper. Deze man kreeg als opdracht de weg , het pad van de Heere Jezus vrij te maken, begaanbaar te maken, Zijn weg voor te bereiden. Hij mocht de voorloper van de Heere Jezus zijn. Hij mocht hen wijzen op hun zonden en op de noodzaak om zich te bekeren. Zo ook de engelen van de Heere. Zij moeten de paden van Zijn kinderen voorbereiden, vrij te maken. Op dat Zijn kinderen zich aan geen steen stoten zullen. Wat wonderlijk, uw levenspad is al voorgelopen. Is al bereid, door Zijn engelen. Zij gaan u voor. Om het pad vrij te houden en soms mag je ze zien, niet lichamelijk, maar door wat de Heere laat gebeuren als er vijanden komen. Dan mag je ze zien, ze strijden voor je behoud. Ze strijden tegen de duivel en tegen verleidingen , tegen zonden. Wat wonderlijk als je dan daarvan verlost mag worden. Een engeltje op je schouder? Nee maar Christus die Zijn engelen gebied mij te bewaren. Hij is mijn beschermer, geen engel die dat uit zich zelf zou doen, nee maar omdat Hij het Zijn engelen gebied, mag ik weten wonderlijk bewaard te worden. Zonden , verleidingen ze komen toch je tegemoet, maar door de aanvechting heen zie je, niet ik strijd, maar Hij strijdt voor mij , door middel van Zijn engelen.

 

In heel de bijbel lezen we over wonderlijke bewaringen door middel van Zijn engelen. Zo lezen we in 2 Koningen 6 over Eliza de profeet van God dat het Syrische leger hem zoekt om hem naar de koning  van Syrië te brengen omdat hij door Gods Geest de plannen van het Syrische leger aan  de koning van Israël mag vertellen. De volgende dag wordt zijn knecht wakker en ziet de stad is omsingelt door paarden en ruiteren. Wat moeten we toch doen zegt de knecht van Eliza ? Vreest niet is het antwoord van Eliza, want bij ons Zijn er meer dan die bij hen Zijn. Open zijn ogen Heere dat hij het ziet, en terstond zag hij een groot leger van vurige paarden en wagenen rondom Eliza,  een engelen leger.

 

Ook lezen we dat als Petrus en Johannes in de gevangenis zitten dat er s’ nachts een engel komt en deuren opent. Door de gevangenis en de grendels heen. En zo zijn er nog meer voorbeelden te noemen van wonderlijke bescherming en uitredding die de Heere laat gebeuren middels Zijn engelen. Maar vraagt iemand dat gebeurd in deze tijd toch niet meer? In onze tijd gebeurd het inderdaad minder, maar dat neemt niet weg dat Zijn engelen niet in deze tijd meer werken. We horen wel eens geruchten over dat mensen engelen gezien hebben of een engel ontmoeten in hun droom. Velen van deze verhalen hebben echt plaats gevonden. Al zien we in deze tijd minder verschijningen van engelen toch zijn ze er en strijden ze voor ons behoud.

 

Zij  zullen u op uw handen dragen. Soms voelt niet altijd zo, het lijkt soms wel of je de strijdt alleen moet strijden, maar nee de engelen strijden mee voor jouw behoud. Over eèn zondaar die zich bekeerd is er vreugde in de hemel en onder de engelen. Vreugde over jouw als je, je bekeerd.

 

Deze tekst horen we ook later de duivel noemen als Jezus verzocht wordt om van de berg te springen, want zegt de duivel er staat toch geschreven : Zij zullen u op de handen dragen, opdat gij uw voet aan geen steen stoot. Gelukkig heeft de Heere het niet gedaan en hield Hij in deze verzoeking staande. Ja als de Heere Jezus toch zou zijn gesprongen zouden Zijn engelen Hem hebben opgevangen, dat zeker, maar Hij zou de zonde tegen de tien geboden hebben gedaan en onze redding zou dan vergeefs zijn. Maar Hij hield staande en zondigde niet.

 

Gemeente heeft u Zijn bescherming wel is mogen zien door middel van Zijn engelen? Nee we zien die niet altijd even goed. Maar toch ook al zien we het niet, Zijn engelen strijden voor ons en maken onze wegen vrij. Betekend dat dan dat wij geen een steen meer zullen vinden op ons pad? Ja helaas blijven we toch stenen tegenkomen gemeente op ons levenspad, stenen van verleiding , verzoeking en van zonden en van strijd. Die stenen zullen we altijd tegen blijven komen, stenen die ons er aan herinneren dat wij mensen zonder Hem niets goeds zouden kunnen doen en opdat wij ook weer opnieuw onze zondige staat zouden gaan inzien.

 

Gemeente gaat u het vandaag zeggen? Ik mag rusten in de schaduw van de allerhoogsten? Weet wie in de schaduw van de Allerhoogsten mag zitten, die zal vernachten in de schaduw van de Almachtige. Wie Hem mag kennen en dat alleen door genade , mag nu weten wat is dit woord toch rijk, ik heb gezondigd en zondig keer op keer en toch mag ik vertrouwen door alles heen op Zijn bescherming. Waar heb ik dat als zondig mens aan te danken? Nee niet aan me zelf, maar enkel aan Hem die mij op het oog had , mij wilde uitverkiezen. Wat kan de wereld dan nog zoveel bieden, maar nee dat bied mij geen troost meer. Nee in Hem ligt alle troost. Dan kan je levensweg soms toch zo ondoorwandelbaar lijken, maar dan weet je wat die enige troost je bied, Zijn bescherming, Zijn almachtige hulp. Dan kunnen er velen kuilen zijn op je levens pad, maar toch ik weet, daar heeft iemand voor mij gelopen Hij zelf en Hij is er door gekomen, ja Hij is nu Thuis en daar mag ik ook eens Thuis komen. En niet alleen Hij, maar op je levenspad mag je ook Zijn engelen zien wandelen, om mij op dit aardse dwaalpad te steunen en de grofste stenen weg te halen zodat ik me werkelijk aan geen steen zal stoten.

 

En al kom je leeuwen tegen en adders, vers 13: gij zult ze vertreden, want de duivel is verslagen en als je Christus achterna mag wandelen dan kan geen duivel geen adder meer tegen je op, ook al kan hij nog zo wild slaan en veel verderving aan richten, zijn kop is er af en dat mag de gelovige weten. Zijn kop is eraf, hij is geheel verslagen door Christus die stierf aan het kruis. De leeuw en de adder zult gij vertreden en zijn jongen en soms kan je zo in strijd zijn met die adder en die leeuw. Weet je? Dan mag je vertrouwen op het woord wat de Heere zegt in vers 14 : Dewijl hij Mij zeer bemint, spreekt God, zo zal Ik hem uithelpen; Ik zal hem op een hoogte stellen, want hij kent Mijn Naam. Ik zal hem uithelpen. Daar mag u op vertrouwen in de strijd die vandaag en in de toekomst nog zal plaatsvinden. Ik mag vertrouwen op Hem , omdat Hij mij heeft belooft mij uit te helpen uit de strikken van duivel , van de strikken die duivel voor mij heeft gespannen. De lozen strik tot mijn bederf gezet. De strik brak en los en ik ben vrij geraakt. De Heere is ons tot hulp op ons gebed.

 

Gemeente we gaan afsluiten: Hij zal Mij aanroepen, en Ik zal hem verhoren; in de benauwdheid zal Ik bij hem zijn. Ik zal er hem uittrekken, en zal hem verheerlijken. Wie deze strijdt , strijdt en overwint die wacht de kroon. De loopbaan heb ik gerent , het geloof heeft mij behouden, voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardiging. Die wacht op mij in de eeuwige heerlijkheid. In het hiernamaals. Gemeente, heeft u vandaag de rust in de schaduw van de Allerhoogsten gevonden? Of dolt u nog steeds rond in de zonden en begeerten van dit leven? Wie rust in de schaduw des Allerhoogsten die zal rust vinden voor zijn ziel tot in eeuwigheid. Amen.

 

 

    Psalmenkeuze Psalm 91

 

    Voor de Preek:

 

    Psalm 80 vers 11

 

    Behoud ons, Heer' der legermachten,
    Zo zullen w' ons voor afval wachten;
    Zo knielen w' altoos voor U neer.
    Getrouwe Herder, breng ons weer;
    Verlos ons, toon ons 't lieflijk licht
    Van Uw vertroostend aangezicht.

 

    Psalm 124 vers 4

 

    W' ontkwamen haast des vogelvangers net,
    Den lozen strik, tot ons bederf gezet:
    De strik brak los, en wij zijn vrij geraakt.
    De Heer' is ons tot hulp op ons gebed;
    Die God, die aard' en hemel heeft gemaakt.

 

    Psalm 91 1,2,3 en 4

 

    1. Hij, die op Gods bescherming wacht,
    Wordt door den hoogsten Koning,
    Beveiligd in den duistren nacht,
    Beschaduwd in Gods woning.
    Dies noem ik God, zo goed als groot
    Voor hen, die op Hem bouwen,
    Mijn burg, mijn toevlucht in den nood,
    Den God van mijn betrouwen.

 

    2.Hij zal uit 's vogelvangers net
    U veilig doen ontkomen.
    Hij is het, die uw leven redt;
    Gij hebt geen pest te schromen.
    Hij zal, in lijfs- en zielsgevaar,
    U met Zijn vleuglen dekken;
    Zijn waarheid u ten beukelaar,
    En ten rondas verstrekken.

 

    3. De schrik des nachts doet u niet vlien,

    Waarvoor de bozen beven.
    Geen pijlen hoeft gij 's daags t' ontzien,
    Die hevig om u zweven.
    De pest, met welk een snellen spoed,
    Zij moog' in 't duistre waren,
    Noch 't streng verderf, dat 's middags woedt,
    Zal uwe ziel vervaren.

 

    4.Gij zult aan d' een en d' andre hand,
    Tienduizenden zien vallen;
    Terwijl gij, in gerusten stand,
    Bewaakt blijft boven allen.
    Het dreigend leed vliegt u voorbij;
    Alleenlijk zien uw ogen,
    Hoe schrikklijk 't loon der bozen zij,
    Die d' Almacht niet verhogen.

 

   Na de Preek:

 

   Psalm 91 vers 5,6 en 8

 

    5. Ik steun op God, mijn toeverlaat,
    Dies heb ik niets te vrezen:
    Wie God vertrouwt, die deert geen kwaad;
    Uw tent zal veilig wezen.
    Hij zal Zijn engelen gebien,
    Dat z' u op weg bevrijden;
    Gij zult hen, in gevaren, zien
    Voor uw behoudnis strijden.

 

    6. Zij zullen u, Gods gunstgenoot,
    Naar 's Hoogsten welbehagen,
    Opdat gij aan geen steen u stoot,
    Op hunne handen dragen.
    Gij zult op jonge leeuwen treen,
    Op giftig' adders stappen,
    En door gevaar noch vrees bestreen,
    Den leeuw en draak vertrappen.

 

    8. Hij zal in alle ramp en pijn,
    Tot Mij om uitkomst zuchten;
    En Ik gestadig bij hem zijn,
    In al zijn ongenuchten.
    't Gevaar zal Ik hem doen ontvlien,
    Zijn levensdagen rekken;
    'k Zal hem Mijn eer en heil doen zien,
    En nooit Mijn hulp onttrekken."

 

    Psalm 12 vers 1 en 7

 

    1.Behoud, o Heer', wil ons te hulpe komen;
    Daar 't volk ontbreekt, dat liefd' en vree betracht.
    De trouw bezwijkt, en 't klein getal der vromen,
    Nog kleiner wordt in 't menselijk geslacht.

 

    7. Gij zult Uw volk, in bange tegenspoeden,
    Hoe 't ga, o Heer', bewaren door Uw kracht;
    Uw arm zal hen in eeuwigheid behoeden,
    Voor dit verdraaid en wrevelig geslacht.