Mijn ogen op Jezus gericht.

Mijn ogen op Jezus gericht.

 

Daar bij dat kruis op Golgotha staat een zondaar te aanschouwen.

Hoe Christus versmaad en veracht hangt aan het kruis.

En dat alles om mij van de eeuwige dood te behouden.

Te brengen aan Zijn voeten en bij Hem eeuwig thuis.

 

Met mijn ogen Jezus op gericht zie ik dat wonder, Zijn sterven voor mij.

Die doornenkroon die ik had gevlochten, die speer die ik stak in zijn zij.

Dat was alles om mijn zonden waarvoor Hij stierf op Golgotha.

Ik ellendig mens zo diep gevallen in verlorenheid maar Hij gaf gena.

 

Want Gods Zoon gaf Zijn leven voor mij tot in de dood.

Opdat ik behouden zou worden door Zijn leven.

Ach hoe groot was mijn schuld en vervloeking zij waren groot.

Maar Hij wiens bloed gevloeid heeft wou mijn schuld vergeven.

 

Ach als ik naar mij zelf kijk en zeg Heere waarom deed U dat voor mij?

Ik zondig en ellendig mens, maar U kocht mij met Uw bloed vrij.

En toen ik opzag naar het kruis zag ik ja nu weet ik het waarom.

De oneindige liefde waarmede U mij heeft lief gehad, daarom.

 

Want Uw genade is nog heden elke dag zo oneindig groot.

Dat zondaren nog blijven gespaard van de eeuwige dood.

Maar het zij dat zij sterven, daar zij nooit Hem hebben gekend.

Zij zullen eeuwig verloren gaan en het leven laten, lijden zonder end.

 

Maar dank dierbare Heiland die mij heeft lief gehad.

U die Mijn Herder en Leidsman wil wezen.

Gij hebt mij verlost wat een rijkdom die ik nu omvat.

Och daarom en Uw grote Naam om Jezus wil geprezen.