Artikel 3 Jonathan Edwards deel 1

Artikel 3 Jonathan Edwards deel1

Vandaag vervolgen we onze serie met artikelen over de oudvaders. Vandaag onder het woord is misschien voor velen onder ons de onbekende Jonathan Edwards. Wie was deze man eigenlijk? Jonathan Edwards is het middel geweest in Gods hand tot de bekering van vele mensen in Amerika. in 1733 brak eronder onder zijn prediking een opwekking uit. Vele mensen kwamen tot bekering. In ongeveer zes maanden tijd voegde zich bijna 300 mensen bij de kerk. Hij kwam later in aanraking met George Whitefield. Een predikant en evangelist die mensen massa’s trok door zijn aangrijpende prediking. Na een meningsverschil rondom het Heilig Avondmaal in de gemeente in 1748 werd hij afgezet als predikant van deze gemeente. Hij kreeg in die tijd meerdere beroepen zo ook uit Schotland maar legde dat naast zich neer. Hij werd predikant in een kerk van Stockbridge en  begon vanaf daar evangelisatie te doen onder de indianen.

Jonathan Edwards was een vurig prediker. Vele van zijn preken zijn nog goed bekend onder de mensen in deze tijd. Zoals de preek: ‘Zondaren in de handen van een toornend God’. In de volgende nieuws brief wil ik uit een stukje van deze preek stil staan. Een preek die gaat over het recht van God jegens ons zondaren. Ja God zou ons terecht kunnen verdoemen. En zijn er niet veel mensen in deze tijd die deze boodschap niet meer willen horen? God is niet alleen een God van liefde, maar ook van gerechtigheid. Want Zijn goedertierenheid eist straf over de zonde. Er is niet alleen een hemel, maar ook een hel. En dat geeft ons lieve mensen juist een boodschap mee. ‘Strijdt om in te gaan’. Ja dat is gaan door de enge poort en over de smalle weg. Door heuvels en door dalen. Door vuur, door het water. Maar wel met de stille wetenschap de Heere gaat mee. Jesaja 43 : “Wanneer gij zult gaan door het water, Ik zal bij u zijn, en door de rivieren, zij zullen u niet overstromen; wanneer gij door het vuur zult gaan, zult gij niet verbranden, en de vlam zal u niet aansteken.” Wat een genade dat Gods ons nog genade geeft. Ja wat een liefde dat Hij dan ook zelf met Zijn bloed wou betalen voor onze zonden. In die preek waarbij we volgende week iets meer bij willen stil staan mogen we het wonder gewaar worden. We leven slechts op de rand van een put als we ons niet bekeerd hebben en boven ons ligt Gods hand van genade. Gods tijd is eenmaal op! Gods geduld raakt ook eemaal op en dan hoe vreselijk het is als God Zijn hand van ons afhaalt. Dan vallen we in die put van het verderf en komen eeuwig om. God had ons terecht om onze zonden kunnen straffen en toch geeft Hij nog genade tijd. Tijd waarin we tot de Heere mogen komen smekend om genade, smekend om dat bloed. Dat bloed wat rijkelijk heeft gevloeid voor mij de grootste van de zondaren.

Om weer bij Jonathan Edwards terug te komen. Zijn preken bleven niet zonder vrucht. Er waren mensen die onder zijn prediking lichamelijke manifestaties gingen vertonen. Ze begonnen te schreeuwen of te schudden enz. Jonathan Edwards veroordeelde dit scherp in een boek wat hij schreef. Dit was niet het werk van de Heilige Geest. Later schreef Edwards ook een mooi artikel over de herkenning van elkaar in de hemel. Dat mensen elkaar zullen herkennen. Ze zullen weten wie Mozes bijvoorbeeld is en zullen dierbaren en familieleden herkennen in de hemel. Wat een troost geeft dat ook als je bij het graf van een geliefde mag staan. Als zij of hij in de Heere gestorven is het slecht een tijdelijke scheiding maar mogen ze straks samen Hem groot maken. Een wederzien. Een Opa met haar dochter, een zoon met zijn moeder. Ja en dan altijd vreugde en blijdschap ,God zal alle tranen van hun ogen afwissen. Maar wat een ellende voor wie Hem niet kennen. Zij die in de hemel komen zullen nooit meer aan hen denken, geen droefheid maar blijdschap. En gaat dan niet vandaag en dat was het leven van Edwards een roep tot de mensen tot bekering. Gaat vandaag daar niet de nodiging naar uit. Heden is het nog genade tijd, een tijd die we krijgen van God onverdiend opdat we ons zouden bekeren. Ja kom tot de Heere Jezus en vind rust voor Uw ziel en voor tijd een eeuwigheid.

Edwards mocht zaaien, de Heere gaf de wasdom. En zo stierf hij. Ja helaas al op vroege leeftijd. Na 54 jaar overleed Hij aan de Pokken en vandaag nog steeds zijn zijn preken tot zegen. ‘Tijd is kostbaar’ en Zondaren in de handen van een toornend God’ en nog zoveel preken meer zijn ook in Nederland tot zegen geweest. Het kennen van onze zonden. Ja dat was toch eigenlijk het doel van Zijn prediking. Als wij onze zonden niet kennen en onze ellende en ons verdiende straf zouden we gerust doorleven en op die rand van die put mee gaan in de wereld. Volop mee gaan in de wereld. Voor de mensen die voetbal fan zijn. Wat betekend er meer voor je? En wat krijgt de meeste tijd in je leven? Maar ook zoveel andere dingen zijn zo aantrekkelijk. Dat we onze zonden en doodsgevaar mogen inzien. We leven op de rand van de put en daar staat Christus. Nee als we die preek lezen zien we het, wij zo zondig en ellendig. Geheel terecht verloren maar daar staat Hij en Hij strekt Zijn hand uit. ‘Grijp naar het eeuwige leven.’  Adam, Harm, Marjolein, Nick, ja jij daar !! Geef je vermoeide hart toch aan Hem, geef je toch over aan Christus. Grijp Zijn hand en wordt behouden. ‘Kust de Zoon vanouds u toegezegd.’ Ja bekering is je eigen ik opgeven en je geheel overgeven aan Hem. ‘Heere ik kan het niet meer, wilt U het doen’. En ja wat een onverdiende genade. We lagen midden in de dood maar Hij maakte ons levend met Hem. Ja gestorven met Hem en met Hem opgewekt. Opdat ik met Hem in de eeuwige zaligheid leven zou. Ja een nieuw mens, de oude mens teniet gedaan. Ja zij is gestorven en ligt onder het kruis. Wat ben ik U Heere dankbaar. U gaf mij niet over in de dood, maar wilde mij redden door zelf te sterven. Uit mijn hart het loflied. “Zo is God de Rotssteen mijns harten, en mijn Deel in eeuwigheid.” En uit volle borst zing ik:  “K’ zal dan gedurig bij U zijn, in al mijn noden angst en pijn. Ja U al mijn liefde waardig schatten.” Ja Heere Mijn God ik zal U loven. En de verslagen zondaar in mij roept het ‘Heere hoe kan ik U voor die prijs van Uw vergoten bloed ooit zo volkomen dankbaar zijn.’ Maar ik dank God door Jezus Christus onze Heere die ons kocht met Zijn bloed tot een losprijs van onze ziel. Amen.